Bijbellezing Brieven van Johannes - Deel 8
Liturgie:
Psalm 84: 4
Tien Geboden: 1, 9
Lezen: 1 Johannes 2: 6-17
Psalm 94: 1, 7, 8
Psalm 27: 4
Psalm 27: 7
Citaat:
Christus heeft ervaren hoe sterk de aanvaller is, hoe zwak onze natuur is en hoe zware strijd het is te weerstaan, wanneer wij zo droevig worden verzocht. Zijn eigen ondervinding van lijden en verzoekingen, die over Hem zijn gekomen, vertederen zijn hart en vervullen Hem met medelijden met ons en brengen voort een tedere ontferming wegens de ellenden en zwakheden van Zijn leden.
- Thomas Manton, De verzoeking van Christus in de woestijn.
Leestip:
- Handelingen 4: 1-12 (Zaligheid in de Naam van Jezus)
- Johannes 21 (lammeren en schapen)
- 1 Korinthe 3 (gemeenteleden nog niet toe aan vast voedsel)
Gespreksvragen:
1. De ‘wereld’ heeft meerdere betekenissen in de Bijbel. Soms positief (Joh. 3:16), maar vaak negatief. Leg dat eens uit.
2. In de tekst gaat het om een negatieve duiding van de wereld. Het gaat hier over de ‘zondige’ wereld. Waarom is deze wereld ‘zondig’?
3. Waarom kun je niet de wereld liefhebben en tegelijk God de Vader (door Jezus Christus) liefhebben (dus echt, zaligmakend, liefhebben)?
4. Geef eens een voorbeeld van iemand uit het Oude en uit het Nieuwe Testament die – hoewel onderwezen in Gods Woord – toch de wereld liefhad.
5. Waarom zegt Johannes ons duidelijk dat de wereld met al haar verleidingen voorbijgaat? Wat betekenen daarbij de woorden ‘memento mori’?
6. Johannes werkt vervolgens uit wat met de ‘wereld’ wordt bedoeld en noemt: a) de begeerlijkheid des vleses, b) de begeerlijkheid der ogen en c) de grootsheid des levens. Geef eens een voorbeeld van elk.
7. Hoe moeten wij concreet omgaan met de onder vraag 6 genoemde verleidingen? Anders gezegd: hoe kunnen wij ons wapenen hiertegen?
8. Johannes eindigt met een belofte: blijven tot in eeuwigheid. Waarom is dat een onuitsprekelijk rijke belofte? Denk eens terug aan de rijke jongeling. Deed Jezus deze jonge man niet dezelfde belofte? Lees maar: Lukas 18: 22.
Voor de jongste kinderen:
1. Het ging vanmorgen over de ‘wereld’. Wat bedoelt Johannes hiermee? Het gaat hier om de dingen die niet g…………….. zijn en die je bij G……….. vandaan h……………
2. Welke 3 dingen horen bij de zondige wereld: a) naar school gaan, b) verkeerde computerspelletjes, c) popmuziek, d) voetbalwedstrijden waar mensen schreeuwen en vloeken.
3. Johannes zegt dat deze wereld voorbij gaat. Wanneer komt dat moment, dat de wereld voorbij is? Als de Heere Jezus komt op de w………………..
4. Zou jij straks graag bij de Heere Jezus willen zijn? Waarom is het zo fijn bij Hem?